Topstukken Industriemuseum zijn de oudste in hun soort
De Mule Jenny en de Twijnmolen, twee textielmolens van het Gentse industriemuseum, zijn de oudste exemplaren ter wereld. Dat heeft jarenlang onderzoek van het Koninklijk Instituut voor Kunstpatrimonium bevestigd. Beide types werden gebruikt in de Gentse textielfabrieken. Op basis van het onderzoek heeft het museum nu ook een handleiding van de twijnmolen kunnen samenstellen, en weten ze hoe ze beide topstukken nog beter kunnen bewaren voor de toekomst.
Drie jaar lang heeft het Koninklijk Instituut voor Kunstpatrimonium, kortweg KIK, twee eeuwenoude textielmolens van het Gentse Industriemuseum onderzocht. Uit X-stralen- en jaarringenonderzoek blijkt nu dat de Mule Jenny en de Twijnmolen de oudste ter wereld in hun soort zijn. Van de Mule Jenny is trouwens lang gedacht dat Lieven Bauwens hem eigenhandig van Engeland naar Gent heeft gesmokkeld. Beide toestellen betekenden een revolutie in de textielnijverheid in Gent en de rest van de wereld. De Mule Jenny is een spinmolen die het handwerk van 27 arbeiders verving. De twijnmolen diende om twee of drie draden in elkaar te vertrengelen. Onderzoekers hebben stukjes hout moeten wegnemen voor hun experimenten. Daarvoor was een speciale toelating nodig, want beide machines staan op de Vlaamse Topstukkenlijst. Daarna zijn ze onderworpen aan dendrochronologisch onderzoek.
Roald Hayen - KIK: "Dendrochronologisch onderzoek is dat we de jaarringen gaan opmeten en dan gaan we kijken van wanneer heeft die boom geleefd om op die manier eigenlijk een idee te krijgen van wanneer dat de boom gekapt is en zo krijgen we eigenlijk een vroegst mogelijke datering van het hout".
Door het onderzoek weet het industriemusum nu nog beter onder welke licht- en temperatuuromstandigheden ze de machines moet bewaren. Tot voor kort wist niemand hoe de twijnmolen precies werkte. Het KIK heeft op basis van haar onderzoek een handleiding kunnen opstellen.
